Remy Lokaal, de lokale omroep die er nooit kwam

Remy Lokaal, de lokale omroep die er nooit kwam

Toen in 1990 de Stichting Lokale Omroep Heemskerk werd opgericht, was de basis gelegd voor het radiostation dat onder de naam Radio Heemskerk bekend zou worden en later als Heemskerk FM verder zou gaan. Radio Heemskerk werd opgericht door mensen die ooit betrokken waren bij de Heemskerkse etherpiraat Virato. Zelf was ik aan het begin van de jaren ’90 ook betrokken bij het oprichten van een publieke lokale omroep in Heemskerk, maar dat initiatief sneuvelde. Veel mensen kennen het ware verhaal hierachter niet. Daarom leek het me tijd worden om dat verhaal hier te vertellen.

We gaan terug naar het jaar 1989. Het jaar waarin de PTT werd geprivatiseerd, de laatste aflevering van de Fabeltjeskrant werd uitgezonden op televisie, René Froger de hitlijsten domineerde met “Alles kan een mens gelukkig maken” en de Berlijnse muur werd afgebroken. In dat jaar werkte ik als vrijwilliger bij de ROS (Regionale Omroep Stichting) in IJmuiden. In augustus begon ik er op de sportredactie. Op zondagmiddag was het mijn taak om te luisteren naar het programma “Langs de lijn” van Radio 1. Als er doelpunten vielen bij de voetbalwedstrijden in de landelijke competitie, noteerde ik snel de details en schoof het papiertje vervolgens onder de neus van de presentator. Verder belde ik op basis van een speelschema systematisch in de rust naar allerlei amateurclubs, om te informeren naar de ruststand. Na het laatste fluitsignaal herhaalde zich deze procedure om de eindstanden te vergaren. Internet speelde nog geen rol van betekenis en dus waren we voor het verzamelen van onze informatie aangewezen op de telefoon. Ik had (en heb nog steeds) niets met sport, maar het feit dat ik een bijdrage kon leveren aan een radioprogramma, was voor mij al voldoende aanleiding om dit werk te blijven doen.

Het zou niet lang duren voordat ik ook zelf in programma’s te horen was. Ik ging berichten voorlezen in het programma “Goedemorgen IJmond”, dat op zondagochtend door Ab Jenema werd gepresenteerd. Ook kreeg ik een eigen programma op zaterdagmiddag, dat ik “De Hitbo(k)s” noemde. Mijn radioavontuur zou echter niet heel lang duren, want al met al heb ik nog geen half jaar bij de ROS kunnen werken. Half januari werden alle medewerkers bijeen geroepen door het bestuur. Een pijnlijke mededeling volgde; de ROS stopte met uitzenden. Er was geen geld meer en de vijf gemeenten, waarvoor de ROS actief was (Velsen, Beverwijk, Heemskerk, Castricum en Uitgeest) waren geen van allen bereid om er geld in te steken. Het nieuws werd aan de vrijwilligers meegedeeld na het weekeinde. De laatste uitzending zou zijn op vrijdag. Ik kan me nog herinneren dat ik me daarover boos maakte. Dit gaf mij immers niet de gelegenheid om mijn eigen programma nog een laatste keer te maken. Zouden die twee dagen veel hebben uitgemaakt? Het is me altijd een raadsel gebleven.

Wat ik toen niet wist, is dat een clubje mensen al enige tijd bezig was met het oprichten van een nieuwe lokale omroep in de gemeente Heemskerk, waar ik op dat moment woonde. Het waren de mensen van de etherpiraat Radio Remy, van wie ik er een paar persoonlijk kende. Ron Betjes, de zoon van mijn buurvrouw, was medeoprichter van die zender geweest. de naam “Remy” werd destijds gekozen omdat dit ook de naam was van de zoon van een andere medeoprichter. Vanuit een piepkleine studio in Assendelft werden destijds programma’s gemaakt met uitsluitend muziek, vaak op verzoek. In de jaren ’80 was Radio Remy voor veel mensen een begrip in de regio. De vrijwilligers wilden aan het einde van dat decennium definitief uit de illegaliteit treden en besloten om in Heemskerk een radiostation te beginnen. Daarom werd een brief naar de gemeente gestuurd, waarin uitleg werd gegeven over de plannen en achtergronden.

De brief is van 26 juni 1989 en dus zelfs nog van vóór de periode waarin ik als vrijwilliger bij de ROS aan de slag was. Ik had toen nog geen enkele betrokkenheid bij Radio Remy en ik kende de meeste mensen achter dit initiatief niet. De gemeente Heemskerk kon op basis van deze brief niet veel anders doen dan het voorstel afwijzen. Er was immers al een lokale omroep, de ROS. Deze omroep maakte programma’s voor de vijf gemeenten in de regio IJmond en diende derhalve voor deze vijf gemeenten als de lokale omroep te worden gezien. Op basis van wettelijke bepalingen kan per gemeente slechts één lokale omroep actief zijn. De reactie van de gemeente liet bijna anderhalve maand op zich wachten en kwam voor de initiatiefnemers van Remy Lokaal ongetwijfeld als een grote teleurstelling.

Zoals ik hierboven al beschreef, eindigde het tijdperk van de ROS in januari 1990. Op vrijdag 19 januari 1990 werd het laatste programma gemaakt. Dat duurde tot ongeveer 21:00 uur en daarna ging de ROS definitief uit de lucht. Voor de mensen van Radio Remy was dat in feite goed nieuws, want de gemeente Heemskerk kon nu immers niet meer verwijzen naar het feit dat er al een omroep actief was. Je moet het ijzer smeden als het heet is, dus slechts vier dagen nadat de ROS het laatste programma had uitgezonden, lag er weer een brief bij de gemeente Heemskerk.

De ROS was weliswaar gestopt met het maken van programma’s, maar had nog wel de papieren in handen om te mogen uitzenden. Dergelijke documenten worden doorgaans verstrekt voor een periode van vijf jaar. In theorie had het dus nog heel goed gekund dat de ROS een nieuwe financiële injectie had gekregen, bijvoorbeeld door een grote gift vanuit het bedrijfsleven, met als gevolg een doorstart van de activiteiten. Die kwam er uiteindelijk nooit, maar voor de gemeente Heemskerk was toen al duidelijk dat men niet zonder meer op het verzoek van Radio Remy kon ingaan. Wel liet men in de reactie weten dat de vergunning van de ROS in de loop van dat jaar zou aflopen. Verder verwees men naar het Commissariaat voor de Media, de instantie die zich bezighoudt met zendtijdtoewijzingen aan publieke omroepen.

Intussen werden er intern door de mensen van Radio Remy allerlei besprekingen gevoerd. Een volwaardige publieke lokale omroep opzetten is immers een hele klus. De etherpiraat draaide eigenlijk alleen muziek. Er werden geen nieuwsprogramma’s verzorgd, terwijl dat juist tot de kerntaken van een publieke lokale omroep behoort. Er moest dus het nodige gebeuren om intern de omslag te kunnen maken van etherpiraat naar publieke lokale omroep. Dat hier serieus mee werd omgegaan, blijkt uit een document uit die tijd, waarin de doelstellingen van Remy Lokaal uiteen worden gezet.

Omdat de ROS was gestopt met uitzenden, kwam er voor mij in januari 1990 tijdelijk een einde aan mijn radiowerk. Ik was verder niet aan andere radiostations verbonden en bracht mijn tijd op een andere manier door. Ergens in de loop van het jaar werd ik benaderd door Jan Zomerdijk, de motor achter het initiatief voor een lokale omroep in Heemskerk vanuit de etherpiraat Radio Remy. Hij vertelde me over de plannen en vroeg me of ik, gezien mijn ervaring bij de ROS, zou willen meewerken. Ik zou dan uiteindelijk programmaleider van de nieuwe omroep worden. Ik had immers de nodige kennis vergaard door mijn werk bij de ROS en wist goed hoe het er bij een echte publieke lokale omroep aan toe ging. Ik verklaarde me bereid om deze taak op me te nemen en werd op de lijst gezet. Wanneer dat precies was, weet ik niet, maar het moet ergens in de loop van dat jaar geweest zijn. Ik vond een informatiepakket, dat intern aan alle teamleden beschikbaar werd gesteld. Hierin werd mijn komst aangekondigd. Ook Carlo Kok, Fred Kos en Co Backer (alle drie ex-medewerkers van de ROS) sloten zich bij het initiatief aan.

Uit dit document blijkt hoe gedetailleerd alles in de voorbereidende fase werd uitgewerkt. Een goede voorbereiding is vereist en die was er ook. Er werd een begroting opgesteld, waarbij rekening werd gehouden met allerlei verplichte uitgaven die aan het maken van radioprogramma’s verbonden zijn. Mensen die zich dagelijks niet met deze materie bezighouden zijn niet zelden verbaasd over de kosten die hiermee gemoeid zijn. Dit maakt het, ook anno 2018, nog altijd lastig om als omroep in financiële zin het hoofd boven water te houden. Terwijl het team van Radio Remy druk doende was om die voorbereidingen vorm te geven, bleek er opeens ook een andere groep bezig te zijn met het oprichten van een publieke lokale omroep voor de gemeente Heemskerk. Het waren de mensen van de vroegere Heemskerkse etherpiraat Virato.

Was het toeval, dat ook zij zich op dat moment bezighielden met het opzetten van een publieke lokale omroep? Waarschijnlijk niet. Wij hadden zelf het vermoeden dat iemand deze mensen getipt heeft. Dit wordt min of meer bevestigd door een tekst op de website van Heemskerk FM, voorheen Radio Heemskerk. Op 12 september 2015 werd op de website van Heemskerk FM een artikel gepubliceerd waarin de open dag van de omroep werd aangekondigd. In dit artikel werd kort teruggeblikt op de historie van de publieke lokale omroep. Een interessante passage in deze tekst is: “Na een roerige start als Radio Virato werden de mannen van deze illegale zender door de burgemeester gevraagd deze omroep legaal te maken onder de vlag van de gemeente.”

Juist. Niemand minder dan toenmalig burgemeester Wouter Hoobroeckx is dus degene geweest die aan het team van Virato geeft gevraagd om een publieke lokale omroep op te richten. Je kunt je natuurlijk afvragen of dat netjes is. Of dat getuigt van behoorlijk bestuur. Of hier sprake is van corruptie. Feit is in elk geval wel dat zich vanaf dat moment een aantal zaken heeft afgespeeld die “ons” initiatief ten onrechte in een kwaad daglicht zette. Het resultaat is geweest dat het initiatief van Remy Lokaal sneuvelde en de club van het vroegere Virato aan het langste eind trok. Waarom zou Hoobroeckx destijds aan het team van Virato gevraagd hebben om een publieke lokale omroep op te richten, wetende dat wij ook al met zoiets bezig waren?

Hierover kunnen we slechts speculeren. Ik kan me er wel iets bij voorstellen. Ons kwam in die tijd ter ore dat wij een club “van buitenaf” zouden zijn. Gezien het feit dat Radio Remy als etherpiraat gebruik maakte van een studio in Assendelft en zich niet specifiek op de gemeente Heemskerk richtte, werd het station als “Niet-Heemskerks” gezien en dat ligt in Heemskerk altijd wat gevoelig. “Heemskerk is van ons, daar komt niemand aan”, zo lijkt altijd een beetje de tendens te zijn. We zagen dat al  diverse malen in de schier eindeloze discussie over een eventuele fusie van gemeenten in de IJmond. Kennelijk was het gemeentebestuur ‘not amused’ over het feit dat “vreemden” er een lokale radiozender wilden starten. Dat medeoprichter Ron Betjes van Radio Remy in Heemskerk woonde, dat bestuurslid Ina Orij van de op te richten stichting in Heemskerk woonde en dat de beoogde programmaleider, ikzelf, in Heemskerk woonde, was ze kennelijk ontgaan.

Waarschijnlijk heeft het gemeentebestuur gedacht: “Als er twee initiatieven zijn, is er altijd eentje beter dan de ander. Het is dan zaak voor de club van Virato om de beste te zijn en dan is het probleem vanzelf opgelost. Zo houden we Remy Lokaal buiten de deur.” Wat volgde was een oneerlijke strijd, die wij al bij voorbaat hadden verloren, zonder het op dat moment te beseffen. Wij wisten immers alleen maar dat er een andere organisatie was met soortgelijke plannen. Het weerhield ons er niet van om gewoon volle kracht vooruit te gaan en ons bezig te houden met de nodige voorbereidingen.

Kennelijk is in de zomer van 1990 sprake geweest van telefonisch overleg tussen ambtenaar Jan Prins van de gemeente Heemskerk en Ina Orij, bestuurslid van de stichting die door het team van Radio Remy was opgericht. Ina was destijds overigens mijn buurvrouw, de moeder van Ron Betjes. In het telefoongesprek werd afgesproken dat een delegatie van de omroep in oprichting naar de gemeente zou gaan voor een nader gesprek. Deze afspraak werd door middel van de onderstaande brief aan de gemeente bevestigd.

Om een publieke lokale omroep te kunnen exploiteren, dient de organisatie over een representativiteitsverklaring te beschikken. Destijds was het zo dat die verklaring door de gemeente werd afgegeven en als bewijsstuk aan het Commissariaat voor de Media moest worden overlegd bij het aanvragen van een zendvergunning. Hiervoor moest eerst een programmaraad worden geformeerd, dit is een groep mensen die elk een bepaalde stroming binnen de gemeente vertegenwoordigen. Die stromingen werden door de Mediawet voorgeschreven, je moest bijvoorbeeld vertegenwoordigers van onderwijs, werkgevers, werknemers, kunst en cultuur, sport en religie in de programmaraad hebben. Deze mensen moesten verbonden zijn aan Heemskerkse organisaties op die terreinen, zodat de lokale binding van de omroep met het verzorgingsgebied gewaarborgd was. De samenstelling van die programmaraad kwam aan de orde tijdens het gesprek met het gemeentebestuur, zo blijkt uit het gespreksverslag dat de gemeente opstelde.

We moesten dus allerlei organisaties benaderen met het verzoek om iemand af te vaardigen voor deze programmaraad. Onderstaande brief van 31 augustus 1990, dat is twee dagen nadat het gesprek met de gemeente Heemskerk had plaatsgevonden, toont aan dat instellingen hiervoor actief door het bestuur van Remy Lokaal werden benaderd.

Zelf had ik in die tijd nog niet echt een actieve taak binnen de organisatie. Ik woonde vergaderingen bij, was alvast bezig met het ontwikkelen van ideetjes voor de uiteindelijke programmering en trad op als adviseur. Met het opstellen van de correspondentie, zoals de hierboven gepubliceerde brieven, had ik niets te maken. Terugkijkend op dit alles is mijn conclusie dat veel documenten nogal ‘onhandig’ waren opgesteld. De leesbaarheid van bepaalde brieven was niet geweldig en het aantal storende taalfouten kwam mijns inziens het imago niet echt ten goede. Met Carlo Kok haalde het team van Remy Lokaal echter een creatieveling binnen met een duidelijke visie. Hij oordeelde al snel dat bepaalde zaken professioneler aangepakt moesten worden. Zo viel hem al snel op dat er geen logo was voor Remy Lokaal. Al snel kwam hij met een door hem ontworpen logo op de proppen. Dit logo zou voortaan de brieven van de in oprichting zijnde stichting opsieren.

Het vinden van geschikte kandidaten voor de programmaraad begon intussen op een soort wedstrijd te lijken, zo blijkt uit de notulen van de bestuursvergadering die op 28 november 1990 werd gehouden. Opvallende zaken daarbij zijn dat door de gemeente Heemskerk berichten naar instellingen zijn verzonden, waarbij wel de naam Radio Heemskerk, maar niet de naam Radio Remy wordt genoemd. Kennelijk opnieuw een actie om de andere partij een voorsprong te geven. Wij werden vervolgens geconfronteerd met mensen die hun afspraken niet nakwamen. Mondeling was met diverse vertegenwoordigers van instellingen overeenstemming bereikt. Ze zouden zelf zitting nemen in onze programmaraad of ze zouden iemand anders binnen hun organisatie afvaardigen voor deelname. Te goeder trouw hebben wij de namen van deze instellingen, met de betreffende contactpersonen, op onze lijst gezet. De formele documenten zouden later getekend worden. Opeens bleken mensen zich al schriftelijk gecommitteerd te hebben aan het andere initiatief en hadden wij het nakijken. Dat laatste leidde ertoe dat wij uiteindelijk als een soort oplichters in de media werden afgeschilderd. Ik kom hier later op terug. Wat zich precies in de achterkamertjes van het Heemskerkse gemeentebestuur heeft afgespeeld, is nooit duidelijk geworden. Wie alle feiten op een rij zet, trekt echter al snel de conclusie dat er een vreemd spelletje is gespeeld, bedoeld om ons initiatief in de kiem te smoren.

Een week later vindt de volgende vergadering al plaats. Daar is ook alle reden toe, want er zijn twee belangrijke punten te bespreken. De statuten van de stichting blijken niet te voldoen aan de eisen van het Commissariaat voor de Media en de voorzitter van het bestuur heeft besloten af te treden in verband met privéomstandigheden. Er wordt besloten een nieuwe voorzitter te benoemen en de statuten te wijzigen.

Amper twee weken na deze vergadering zaten voorzitter Jan Zomerdijk en secretaris Ron Betjes in Zaandam bij een notaris om de statuten te laten aanpassen.

Van deze wijzigingen werden de leden van de programmaraad uiteraard keurig per brief op de hoogte gesteld.

Eind november 1990 heeft de gemeente Heemskerk een ambtelijk advies uitgebracht met betrekking tot de aangevraagde representativiteitsverklaring van Remy Lokaal. Dit document van de gemeente heb ik helaas niet in mijn bezit. Wel in mijn bezit is een brief vanuit Remy Lokaal aan de OLON (Organisatie Lokale Omroepen Nederland, de branchevereniging voor alle publieke lokale omroepen) waarin om advies wordt gevraagd. Op dat moment is voor ons al duidelijk dat we, gezien de ontstane situatie, geen kans van slagen meer hebben. De brief aan de OLON is niet gedateerd, maar stamt vermoedelijk uit december 1990 of uit het begin van 1990.

Of de OLON een actieve bijdrage heeft geleverd in de vorm van advies, kan ik mij niet herinneren. Wel was het ambtelijk advies van de gemeente inmiddels bij de pers terechtgekomen. Wat volgde was een artikel in Dagblad Kennemerland, waarin diverse mensen aan het woord kwamen. De lezer trekt hieruit vrij eenvoudig de conclusie dat de mensen achter Remy Lokaal een stel oplichters zijn, terwijl juist uit alle macht werd geprobeerd om het allemaal zo goed mogelijk te doen. Onwetendheid, onervarenheid en een kennelijk te sterk vertrouwen in de welwillendheid van de Heemskerker in het algemeen, hebben ertoe geleid dat het anders liep. Van het bewuste krantenartikel heb ik het origineel niet in mijn bezit, onderstaande afbeelding is een fotokopie die ik destijds heb gemaakt.

Inmiddels probeerde voorzitter Jan Zomerdijk te redden wat er te redden viel. Uit het ambtelijk advies van de gemeente Heemskerk kwam naar voren dat wij personen op de namenlijst van de programmaraad zouden hebben gezet zonder dat zij daadwerkelijk hadden ingestemd met deelname. Ik beschreef al eerder hoe onze werkwijze hierdoor ten onrechte in een kwaad daglicht werd gesteld. Dat de hele situatie ons zelf ook zeer verbaasd heeft, blijkt uit de onderstaande brief van 10 maart 1991. Hierin werd één van de mensen, die deelname aan onze programmaraad ontkende, gewezen op de eerder gemaakte afspraken. Onze voorzitter verzocht de man om alsnog zijn deelname te bevestigen. Helaas zonder resultaat. Het toont echter aan dat de waarheid toch wel wat anders lag dan op basis van publicaties in de media werd verondersteld.

De gemeente gaf ons tot 27 maart 1991 de tijd om alsnog een kloppende lijst met namen van de programmaraadsleden aan te leveren. Op 28 maart zou de gemeenteraad namelijk het besluit nemen over onze representativiteit. Met de deadline in zicht werd op 22 maart 1991 aan enkele instellingen de onderstaande brief verzonden. Hieruit blijkt dat alles in het werk werd gesteld om alsnog aan alle voorwaarden te voldoen en ervoor te zorgen dat onze organisatie representatief zou zijn voor de gemeente Heemskerk.

Op precies dezelfde dag publiceerde Dagblad Kennemerland een artikel over onze ‘concurrent’, de groep mensen achter de vroegere piraat Virato. Het artikel is deels gebaseerd op het ambtelijk advies van de gemeente, waarin stond vermeld dat wij mensen zouden hebben opgevoerd als lid van de programmaraad zonder dat zij dit ooit hadden toegezegd. Hoewel deze informatie door de verslaggeefster werd gebruikt in het artikel, werd dit keer ons weerwoord achterwege gelaten. In een korte zin aan het begin van het artikel werd weliswaar nog verwezen naar het feit dat twee organisaties streden om de representativiteitsverklaring, maar kennelijk was ook voor de pers toen al duidelijk dat wij het niet zouden gaan halen.

Op 27 maart 1991, de dag waarop de deadline verstreek, heeft Remy Lokaal aan de gemeente Heemskerk een nieuwe lijst gestuurd met daarin een correcte weergave van de leden van onze programmaraad. Ook het Commissariaat voor de Media werd die dag schriftelijk op de hoogte gesteld van de stand van zaken.

En toen werd het donderdag 28 maart 1991. De gemeenteraad van Heemskerk moest zich buigen over de vraag of de initiatieven voor Radio Heemskerk en Remy Lokaal voldoende representatief werden bevonden om de bijbehorende verklaring te kunnen afgeven. Besloten werd dat de Stichting Lokale Omroep Heemskerk wél voldeed aan de voorwaarden van artikel 30 in de Mediawet en de Lokale Omroep Stichting Radio Remy niet.

En daarmee kwam een einde aan de pogingen om de vroegere etherpiraat Radio Remy om te toveren tot publieke lokale omroep in de gemeente Heemskerk. Het andere initiatief, de mensen van de vroegere etherpiraat Virato, bewandelden de wegen die uiteindelijk leidden tot een bloeiende lokale omroep in de gemeente Heemskerk. Aanvankelijk voelde dat wat ongemakkelijk, want een ander ging immers nu doen wat wij graag hadden willen doen. We hadden ervoor kunnen kiezen om ons aan te sluiten bij hun initiatief, onder het motto “If you can’t beat them, join them”. Daar hebben we niet voor gekozen. De mensen van Radio Heemskerk zagen wij op dat moment nog als “de vijand”, maar dat was vooral een beeld in ons hoofd. We kenden deze mensen niet, hebben (voor zover ik me kan herinneren) nooit contact met ze gehad en we zagen ze als de valseriken die onze mensen weg hadden gekaapt.

Achteraf beschouwd ligt dat allemaal wat genuanceerder. Als burgemeester Wouter Hoobroeckx destijds inderdaad persoonlijk met deze mensen heeft gebeld om ze te vragen een publieke lokale omroep op te richten, lijkt het me vanzelfsprekend dat ze daaraan gehoor hebben gegeven. Hen valt dus niets te verwijten. Iemand vraagt je wat, je bent er enthousiast over en je gaat aan de slag. Dat zou ik zelf precies zo hebben gedaan. Uiteindelijk heeft de Heemskerk een uitstekende lokale omroep gekregen en daar gaat het uiteindelijk om, want je doet het voor de luisteraars. Het mislukken van ons plan vormde tevens de aanleiding voor een nieuwe poging in Beverwijk. Co Backer, al door ons benaderd voor deelname in onze programmaraad als afgevaardigde van een overkoepelende voetbalorganisatie, stelde mij voor om in Beverwijk een radiostation op te zetten en dat is uiteindelijk geslaagd.

Met de kennis en ervaring van nu zou ik het allemaal anders hebben gedaan. Alle gemaakte afspraken schriftelijk bevestigen, alle afgevaardigden laten tekenen voor deelname. Adviseurs inschakelen die goed ingewijd zijn in de lokale gemeenschap om zo de juiste personen te rekruteren. Goed verzorgd drukwerk, zonder taalfouten en met een overzichtelijke indeling. De indruk van amateurisme vermijden. Maar ja, dat is achteraf. Dit alles speelde zich bijna dertig jaar geleden af. Van de genoemde personen is een aantal inmiddels overleden. Adressen en telefoonnummers in de getoonde documenten zijn niet meer van toepassing.

De reden voor mij om dit hele verhaal nu eens, voorzien van een aantal originele documenten, online te zetten ligt besloten in het begrip rechtvaardigheid. Ik ben van mening dat onze organisatie destijds onrecht is aangedaan. Als 20-jarige jongeman was ik destijds nog niet voldoende in staat om weerwoord te bieden. Inmiddels ben ik dat wel. Het is mijn bedoeling geweest om met dit verhaal openheid van zaken te geven over wat zich destijds heeft afgespeeld. Een verhaal heeft altijd meerdere kanten. Onze kant is destijds altijd onderbelicht gebleven. Het leek me goed om die kant alsnog te publiceren. Gewoon om wat inzicht te bieden in hoe dingen gelopen zijn.

Raimond Bos
06-06-2018